Sinds begin mei besteedt het Skûtsjemuseum door middel van de expositie ‘Tachtich jier sile yn Frijheit’ speciale aandacht aan de tachtigste verjaardag van de Sintrale Kommisje Skûtsjesilen (SKS).
Op zaterdag 3 mei is de feestelijke openingshandeling verricht door de 89-jarige oud-schipper Jeen Zwaga van het Earnewâldster skûtsje. Samen met schoolkinderen van de plaatselijke Master Frankeskoalle geeft hij het startsein voor de wisseltentoonstelling op de bovenverdieping van het Skûtsjemuseum.
De SKS staat dit jaar stil bij het tachtigjarig bestaan van de vereniging. De Tweede Wereldoorlog was nog maar twee maanden ten einde alvorens op 22 juli 1945 de ‘Vereeniging van Skûtsjesilerscommissie in Friesland’ werd opgericht. Klaas Kingma (Dokkum) en Gerben van Manen (Drachten) zijn de beide initiatiefnemers, waarbij de laatstgenoemde, de latere naamgever van Heerenveense skûtsje, wordt gekozen tot eerste voorzitter.
Vracht- en beurtschepen
Vanaf het midden van de achttiende eeuw zijn er al wedstrijden voor vracht- en beurtschepen. Die worden het hele jaar door gebruikt voor het vervoer van aardappelen, suikerbieten, vruchtbare terpaarde, turf, mest en bouwmaterialen door de vaak smalle en ondiepe kanalen en meren in Friesland en Groningen.
Jeen Zwaga is ten tijde van de oprichting van de voorloper van de SKS negen jaar oud. Destijds worden de skûtsjes nog gebruikt voor het vervoer van terpaarde en turf. Maar door de jaren heen heeft er een verschuiving van de functie van het schip en een verdergaande professionalisering plaats. De vrachtschepen ondergaan een metamorfose en worden langer en smaller, waardoor de boten veranderen in goed geoutilleerde wedstrijdschepen.
Levendige competitie
De skûtsjes worden vaak binnen een dag omgetoverd tot ‘wedstrijdschepen’ om mee te kunnen doen aan de wedstrijden. En er ontstaat een levendige competitie. Eerst alleen bij de SKS, maar sinds begin jaren tachtig ook bij de IFKS (Iepen Fryske Kampioenskippen Skûtsjesilen). Zwaga wordt namens Earnewâld in 1982 en ’83 kampioen in de SKS met de Emanuel. Marijn Olsthoorn herhaalt dat bijna 35 jaar later (2017) met datzelfde schip in de IFKS.
De bovenverdieping van het Skûtsjemuseum is ingeruimd voor de wisselexpositie, die is samengesteld door Age Veldboom, Harm de Vlas en Nynke Veenstra. De expositie geeft een mooi beeld van de ontwikkeling van het skûtsjesilen in de afgelopen tachtig jaar, voorzien van een schat aan foto’s en met origineel skûtsje-materiaal.
Het Skûtsjemuseum in Earnewâld is tot 5 oktober geopend op zaterdag en zondag en dagelijks in de maanden juli en augustus.